Omgevingsdienst West-Holland doet onderzoek naar restwarmte

De provincie Zuid-Holland heeft de Omgevingsdienst West-Holland gevraagd om na te gaan welke duurzame warmtebronnen er zijn, zodat wijken en gebouwen van het aardgas af kunnen en zo een bijdrage leveren aan de CO2 reductie. Eén van de mogelijke warmtebronnen is restwarmte. Uit een eerste analyse blijkt dat bij 55 bedrijven restwarmte mogelijk aanwezig is.

Restwarmte is warmte die over is en niet meer binnen het bedrijf zelf kan worden gebruikt. Het komt vrij bij een productieproces in uitgaande lucht- of waterstromen of in koelinstallaties. De restwarmte wordt getransporteerd via een warmtenet en kan worden gebruikt voor het verwarmen van gebouwen en tapwater. Beschikbaarheid van bronnen, de temperatuur en de afstand tot een (bestaand) warmtenet zijn belangrijk bij de haalbaarheid van een restwarmteproject. Daarnaast is langdurige beschikbaarheid van deze bronnen van belang om toekomstige levering te waarborgen.

Hoe ging het onderzoek?

De Omgevingsdienst West-Holland heeft een data-analyse (bureaustudie) uitgevoerd om de aard en omvang van restwarmte van bedrijven in het werkgebied. Voor het inzichtelijk maken van de grootste ‘kanshebbers’ van restwarmte binnen het werkgebied is uitgegaan van een eerste selectie van bedrijven in meerdere branches, onder andere tuinbouw, datacentra en voedingsmiddelen en kunststofindustrie. Ook is er gekeken naar restwarmte uit het effluent van rioolwaterzuivering en rioolgemalen. De redenering hierachter is dat een bedrijf met een hoog energiegebruik in theorie ook een hoge potentie voor restwarmte kan hebben. De conclusie van de eerste bevindingen luidt dat er bij 55 bedrijven in het werkgebied potentieel restwarmte aanwezig is.

Om hier meer inzicht in te krijgen is meer bedrijfsspecifieke informatie noodzakelijk. Daarom is besloten om een vervolgstudie uit te voeren en contact op te nemen met elk van deze bedrijven. Er is daarom een vragenlijst uitgestuurd en telefonisch contact gelegd. In deze vervolgstudie is gekeken naar onder andere nuttige toepassing, haalbaarheid, leverzekerheid, techniek infrastructuur en toekomstige beschikbaarheid.

Eerste resultaten

Het resultaat van deze vervolgstudie is dat er tenminste elf bedrijven daadwerkelijk restwarmte beschikbaar hebben. Dit aantal kan nog oplopen omdat er nog van veertien bedrijven geen resultaten binnen zijn. Uit de vervolgstudie is ook gebleken dat restwarmte uit afvalwater (aquathermie) en ventilatielucht het meest kansrijk zijn.

En nu verder

Voor de kansrijke bedrijven gaat de Omgevingsdienst nu verder onderzoeken of de restwarmte ook werkelijk nuttig kan worden gebruikt en op welke wijze de restwarmte beschikbaar kan worden gemaakt. Hiervoor wordt onder andere een ruimtelijke beoordeling gemaakt, aansluitmogelijkheden worden onderzocht en er wordt gekeken hoe de inzetbare restwarmte opgewaardeerd kan worden.