Toezichthouden vanuit de lucht

Een drone kan veel toevoegen aan het werk van de toezichthouders bij de omgevingsdienst. ‘Je kunt dingen heel efficiënt in beeld brengen,’ vertelt Harmke Vliek. ‘Als je bijvoorbeeld toezicht houdt bij een gronddepot, maak je normaal gesproken vanaf de grond een foto van de zijkant. Maar met een drone in de lucht kun je van de hele omgeving beelden maken. Dan zie je heel duidelijk of en waar er grond gestort is. Als je dat een week later weer doet, kun je zien of er iets verplaatst is.’ Dat geldt voor meer toezichtwerkzaamheden. ‘Denk ook aan agrarisch toezicht, het controleren van olietanks, of toezicht op het saneren van asbestdaken.’

Aan het vliegen met een drone zijn regels verbonden. Je mag bijvoorbeeld niet zomaar met elke drone vliegen. Voor het vliegen met de grotere, zwaardere drones die gebruikt worden om toezicht te houden, heb je certificaten nodig. Daarnaast mag je niet overal vliegen. ‘In de no-fly-zones mag je niet komen. In deze zones heb je bijvoorbeeld vliegvelden, ziekenhuizen waar helikopters vliegen, of natuurgebieden’, legt Philip Romeijn uit. Ook mag de drone niet hoger dan 120 meter vliegen en is het de bedoeling dat je je drone altijd kunt blijven zien. ‘Bovendien mag je ook niet te dicht boven mensen en gebouwen vliegen. Om dat toch te doen, bijvoorbeeld tijdens een controle boven een menigte op een festival, is een speciaal certificaat nodig. Wij hebben alle bevoegdheden die nodig zijn om als toezichthouder op te mogen treden.’

De Omgevingsdienst West-Holland is door de gemeenten gemandateerd om overal toezicht te houden. ‘Dat houdt in dat we in principe geen toestemming nodig hebben om een bedrijf binnen te gaan – ook niet in de lucht’, vertelt Matthieu van den Assem. ‘Zolang we mensen niet herkenbaar in beeld brengen, is er geen probleem. Dat zou anders zijn als je de beelden gaat publiceren. Dan moet je gezichten, logo’s en andere herkenbaarheden wegwerken. Maar omdat we het alleen voor toezichthouden gebruiken, is dat niet het geval.’